Edje
Devices kunnen op drie manieren worden toegevoegd in het Control Centrum.
Dit gaat als volgt:
- Log in op het Control Centrum;
- Klik in het menu aan de linkerkant op ‘device’;
- Klik aan de rechterkant van het scherm op de blauwe + en selecteer ‘voeg lijst met devices toe’;
- Selecteer in je bestanden het CSV-bestand met de lijst van devices die moet worden toegevoegd.
- Kies of je de device lijst wil toevoegen of wil vervangen;
- Selecteer ‘indienen’
Let op: Het CSV-bestand dat je aanbiedt dient altijd het format (“device_id”; “device_type”; “object_id”; “description”) te hebben. De laatste twee kolommen zijn in dit bestand optioneel. De kolom “description” kan maximaal 255 karakters bevatten.
Let op: Het “device_type” in het CSV-bestand dient op dit moment of ‘desktop’ of ‘laptop’ te zijn.
Let op: Het “object_id” is het unieke kenmerk van de werkplek en/of vergaderruimte in Flexwhere. Deze vind je in het Control Centrum op de plattegrond.
Let op: Wanneer een CSV-bestand wordt ingelezen en de optie ‘Vervang de huidige lijst met devices met een nieuwe lijst‘ gekozen wordt, worden nieuwe devices toegevoegd. Bestaande devices worden eventueel gewijzigd of verwijderd.
- Log in op het Control Centrum;
- Klik in het menu aan de linkerkant op ‘device’;
- Klik op de ‘+’ rechts bovenin en kies ‘voeg een device toe’;
- In het scherm dat verschijnt geeft u aan wat voor type apparaat u wilt toevoegen en welke naam en omschrijving u wilt gebruiken;
- Klik op ‘Voeg toe’ om het device toe te voegen.
Tip: Als naam kan bijvoorbeeld het mac adres van een docking station, naam van een laptop, naam van een werkplek of de naam van een thin/fat client worden gebruikt.
Als uw organisatie een CSV-bestand heeft met devices kunt u deze uploaden naar de juiste locatie met SFTP. Als een CSV-bestand beschikbaar is op de SFTP-locatie zal deze dagelijks worden verwerkt in de Flexwhere-omgeving van uw organisatie.
De SFTP-locatie kan beschikbaar worden gesteld door ons supportteam.
Let op: Het CSV-bestand dat u aanbiedt dient altijd het format (“device_id”; “device_type”; “object_id”; “description”) te hebben. Een omschrijving is in deze optioneel.
Let op: Wanneer een CSV-bestand wordt ingelezen worden nieuwe devices toegevoegd. Bestaande devices worden eventueel gewijzigd.